-> siem reap / angkor / pnom penh
Verslag van bezoek aan cambodja
donderdag 26-06-2003
bangkok - siem reap
Het valt toch niet mee om na het doorzakken met Murat en Thijs gisteravond om 7.00 uur op te staan. Toch zijn we nog ruim op tijd om een ontbijtje te scoren bij de 7/11 en een plekje in de aircon-minivan te vinden. Eenmaal vertrokken is het goed slapen en zodoende kunnen we het gebrek aan nachtrust enigszins inhalen. Bij de grensovergang zijn er nog wat mensen die ad hoc en voor te veel geld een visum moeten regelen waar wij op moeten wachten. Als de zoekgeraakte Japanners uit ons busje zijn teruggevonden kunnen we in colonne de grens oversteken. Dit verdient namelijk een speciale aanpak aangezien het wemelt van de bedelaars/zakkenrollers. Wij blijven daarom dicht bij elkaar en enkele reisleiders en politieagenten zorgen met behulp van hun bamboestokken dat overmatig geïnteresseerden op gepaste afstand worden gehouden. Deze grensovergang voldoet aan het klassieke beeld; een drukte van jewelste van mensen en goederen en een groot verschil tussen beide zijden. Zodra je namelijk in Poipet bent, ondervind je onmiddellijk dat Cambodja niet zo westers is als haar oosterbuur. De wegen zijn onverhard en een stuk smeriger, de nette winkeltjes zijn vervangen door kleine kraampjes en de transportmiddelen zien er ook primitiever uit. Onze bus ziet er in principe goed uit ware het niet dat er meer mensen in gepropt worden dan er plaatsen zijn, waardoor menigeen op de tassen moet plaatsnemen. Het ontbreekt ook aan een airco in deze bus wat op zich geen probleem is als we dan maar gaan rijden. Dat wordt echter opgehouden doordat er iemand lijkt te ontbreken. Na enkele tellingen en checks blijft het een mysterie, maar wordt er toch maar besloten te vertrekken. Eenmaal rijdend blijkt het hitteprobleem dan wel grotendeels opgelost door de ventilatie in de vorm van geopende ramen, maar blijken de wegen hier wel van dien aard dat dit geen gemakkelijke rit gaat worden. De weg van Roland Garros-gravel zit vol met gaten en hobbels waardoor de bus goed op en neer gaat. Uit eerdere bevindingen deze reis is gebleken dat dit effect zich met name voordoet achterin de bus. Roel heeft het niet zo slecht getroffen geheel voorin, maar Gijs heeft het behoorlijk moeilijk om op de achterste bank daadwerkelijk contact met zijn zitting te houden. Ook de Finse kogelstootster naast hem is niet een echt een pluspunt, waardoor Gijs bij de eerste stop gehavend de bus verlaat. Tijd voor een biertje! We worden overspoeld door kinderen, die ons allemaal met veel emotie het gerstenat proberen te verkopen. Uiteindelijk kopen we 2 blikjes van een lief meisje dat vervolgens welhaast in tranen uitbarst van dankbaarheid, omdat zij door onze aankoop morgen naar school kan gaan. Geroerd door dit tafereel zorgen we er maar voor dat ze ook overmorgen naar school kan. Ook de andere kinderen blijken allemaal even aardig, waardoor het afscheid na deze ontmoeting van een kwartiertje al een is van vrienden. Dat de Khmers aardige mensen zijn was verteld, maar dit heeft onze verwachtingen ver overtroffen. Na een paar uur schuddebuiken en afzien voor Gijs en slaap voor Roel arriveren we om een uur of 9 in Siem Reap en checken in bij Sky Hotel waar we een forse korting weten te bedingen. Meteen ook een deal gemaakt met Zuki dat hij ons morgen door het Angkor-gebied gaat rijden op zijn scooter. Voor ons is het verder alleen een hapje eten, een slaapmutsje drinken en dan op een oor gaan liggen.
vrijdag 27-06-2003
angkor -> angkor wat / bayon / ta phrom ...
Als om 4.15 uur de wekker gaat denken we in eerste instantie dat we toch eigenlijk wel gek zijn om voor de zoveelste dag op rij niet fatsoenlijk te slapen. Het vooruitzicht dat we Angkor gaan bezoeken geeft ons echter genoeg motivatie om in no-time ons te melden bij Zuki. Achterop zijn 125cc motorscooter racen we allereerst naar Angkor Wat vanwaar de zonsopkomst erg mooi moet zijn. Niet zozeer de zonsopkomst, maar gewoon het bouwwerk is indrukwekkend. Het gehele complex, bestaande uit meer dan 100 tempels, is gebouwd tussen de 9e en 13e eeuw toen de Khmerbeschaving hoogtijdagen vierde. De tempels zijn daarna in de vergetelheid geraakt, sinds anderhalve eeuw weer onder de aandacht en daarmee gered van de opdringende jungle. Voordat we naar de volgende tempel gaan willen we eerst een ontbijtje pakken en merken dat er wel heel veel mensen je dan iets aan willen bieden. Een van de eerste woorden die we dan ook leren zijn 'te arkun' oftewel 'dank je wel'.
Met gevulde maag gaan we via de South Gate op naar Bayon. Deze tempel is helemaal super! Meer dan 200 gezichten uitgehouwen in 54 torens staren in alle richtingen, maar daarnaast zit dit enorme bouwwerk vol met zeer gedetailleerde reliëfs. Wat deze tempel nog mooier maakt is het feit dat deze echt bevolkt wordt door de lokale bevolking. Wederom hebben we geen woorden voor al de indrukken die we hier opdoen. Ons trip vervolgt zich via Terrace of Elephants, Victory Gate en Thomannon naar Ta Keo. Deze tempel is niet zo rijk versierd, maar biedt een schitterend uitzicht over de bosrijke omgeving. Hier ontmoeten we de Canadese Katie, die in haar laatste dagen van haar 12 maanden reizen in Cambodja aan het doorbrengen is voordat ze terugkeert naar Edmonton. Met haar gaan we de saaie standaardportretten doorbreken door het schieten van enkele kiekjes vanuit vreemde posities en van handstands en dergelijke. Als wij naar de lunch brommen gaat Katie terug naar haar hotel omdat zij genoeg heeft van de hitte van zo'n 40C.
Tijdens de lunch zitten we gezellig te kletsen met de Khmers en krijgen we uitvoerige informatie over de filmopnames van Tomb Raider. Na onze magen gevuld te hebben en ons vochtpeil weer opgeschroefd te hebben gaan we op naar Ta Phrom. Voor zover we al iets van de schoonheid van de tempels konden verwoorden lukt het ons nu al helemaal niet. Denk aan het mooiste wat je kan bedenken en doe dat keer 10. Dan kom je een beetje in de buurt van hoe mooi het hier is. Deze half ingestorte tempel wordt overwoekerd door de jungle wat het idee geeft alsof jij deze tempel herontdekt. Dit wordt zeker versterkt door de afwezigheid van toeristen, waardoor wij geruime tijd sprakeloos tussen de immense bomen en stenen versiersels rondlopen.
Onder de indruk van dit monument vervolgen we onze rondreis via Pre Rup, Eastern Mebon, Ta Som tot Neak Poan. Deze tempel bestaat uit een centrale toren met daaromheen 4 (leegstaande) vijvers. Hier worden we nu al weer voor de 4e keer vandaag benaderd door officiële politieagenten met de vraag of we zijn politiepenning willen kopen. Als een Engelsman voor de gein vraagt of ze niet zijn penning maar zijn pistool mag kopen, bemoeit een derde zich ermee en biedt hem in het bijzijn van de agent wapens te koop aan. De jongen slaat het af, maar hieruit blijkt wel weer wat een maf land dit is. Wij rijden weer door naar Preah Khan en gaan tegen 5'en naar Phom Bakkung vanwaar de zonsondergang prachtig te aanschouwen moet zijn. Dat blijkt goed in de ronde gegaan te zijn, want de tempel op een heuvel wordt overbevolkt. We komen hier ook weer wat bekende gezichten tegen waaronder Katie. De zonsondergang is niet speciaal, maar het enthousiasme van de fotograferende Japanners is wel bijzonder. Ondanks dat was Angkor fabelachtig en moet je dit zeker aandoen als je eens in de buurt bent (en dan bedoel ik binnen een straal van 1000km)!!!
Na het avondeten gaan we met Katie naar de 'Angkor What?' waar we ook een Engels/Zweeds koppeltje tegenkomen. Hartstikke gezellig, maar na 3 nachten van maar 3 uur slaap en 15 uur tempelbezoek van vandaag zijn we doodop en kunnen we onze slaap goed gebruiken.
zaterdag 28-06-2003
siem reap - pnom penh
Roel heeft voor de 2e keer op rij door de wekker geslapen, maar gelukkig is Gijs wel in staat op tijd te ontwaken. In het guesthouse snel een ontbijtje verorberd en de krokodillen in het bijhorende krokodillenboerderijtje gedag gezegd. Mooi op tijd om de bus naar Pnom Penh te halen, maar niet voordat we een verkiezingsoptocht voorbij zien komen waar ze in Knotwilgendam nog een puntje aan kunnen zuigen. De bus was ons afgeraden, maar is echter uitstekend. We zitten met slechts 15 mensen in een normale touringcar met 40 plaatsen. De wegen zijn op dit traject ook een stuk beter, zodat wij zeer relaxt ons laten vervoeren. Onderweg schieten we door het mooie Cambodjaanse landschap en kleine typische dorpjes. In een van die gehuchtjes houden we halt om te lunchen en Gijs om en schriftje/dagboek te kopen. Het viel echter niet mee om duidelijk te maken wat hij wilde, maar had uiteindelijk een mooi scheikundeschriftje met kindertekening op de kaft. In het 2e deel van de reis worden we meerdere malen verrast door dit land. Allereerst zien we enkele mannen op een hoogte van zo'n 40 meter ongezekerd werken in een hoogspanningsmast. Daarna krijgen we bij een drinkpauze gefrituurde spinnen (type en grootte vogelspin) en vogeltjes aangeboden, maar wij slaan dit toch maar af.
In het begin van de middag zijn we al in Pnom Penh en gaan op advies van Elie naar Sunday GH waar het ook erg goed toeven blijkt te zijn. Een erg vriendelijk meisje runt hier de boel en is uitermate behulpzaam. Bij het avondeten kijken we de aangrijpende film Killing Fields om iets meer op te steken van de gruwelijke geschiedenis die dit land geteisterd heeft. De film en gesprekken met onze gastvrouw zijn zo heftig dat we daarna nog maar een biertje nodig hebben. Je moet hier erg uitkijken op straat, maar Wij hoeven niet zo ver dus gaan maar te voet naar de Teukai Bar. Volgens de LP heeft deze bar best music of town en volgens ons is dat zeker waar. De Fransman achter de schuifjes weten lekkere toontjes het knusse terrasje op te knallen. Toch maar niet te laat gemaakt, want we hebben nog steeds wat slaap in te halen.
zondag 29-06-2003
pnom penh -> killing fields / shooting range / verkennen
En dat is 3!!! Roel heeft zich wederom verslapen, maar nu ook Gijs waardoor we ietwat te laat wakker worden. De Japanners die ons vandaag gaan vergezellen zijn echter ook wat later en onze chauffeur vindt het ook niet zo'n probleem. The Killing Fields staan allereerst op het programma. Dit terrein bestaat uit een groot aantal massagraven van door het Pol Pot-regime vermoorde Cambodjanen. In de periode 1975-1978 zijn circa 17.000 mannen, vrouwen en kinderen in de S-21-gevangenis gemarteld en vervolgens op dit terrein geëxecuteerd. Sinds 1980 zijn meer dan 8.000 skeletten opgegraven waarvan de schedels zijn geplaatst in een monument naast de graven, maar nog steeds zijn nog vele graven niet gedolven. Als je rondwandelt zie je dan ook geregeld mensenbotten en stukken kleding uit de grond steken. Met kippenvel op de armen lopen wij in deze onwerkelijke omgeving. Meest schokkend is het als een van de spelende kinderen graag tegen betaling op de foto wil met een mensenbot tussen haar tanden. Onze magen draaien een keer of 10 om.
Het is misschien slechte overgang, maar na dit gruwelijke stukje historie gaan we naar de plaatselijke schietbaan. Niet dat wij zo van schieten houden, maar volgens reisvrienden is dit echt bijzonder. Volgens de reizigersoverleving zou je hier zelfs met een raketwerper op een koe kunnen schieten. Dit stond echter niet op 'het menu', maar bleek na navraag wel mogelijk. De menukaart bevat wel machinegeweren als M16, M42, Kalashnikov, Tommy Gun, daarnaast pistolen in verschillende gedaanten en bestaat er de mogelijkheid om een granaat te werpen. Pacifisten als we zijn kiezen wij maar voor een simpele Colt 45, wat toch al de nodige angst met zich meebrengt. De knal is toch wel echt heel hard en ook het stabiel houden van het zware massieve stuk staal valt niet mee na een aantal schoten. Het blijkt dat wij toch niet zijn geboren als schutters. Toch apart om dit een keer gedaan te hebben en nadat onze hartslag weer terug is op normaal niveau en de stoere foto's zijn gemaakt gaan we weer terug naar het centrum van Pnom Penh.
Mooi op tijd om nog het gebruikelijke wandelingetje door de stad te maken. Ook nu maak je weer van alles mee als je je gewoon te voet door de stad heen beweegt. Op de grote overdekte markt geniet Gijs van de groentekraampjes en laat Roel zich maar eens wegen bij een goedlachse man, die in al zijn haast vergeten is zijn kunstgebit in te doen. De weegschaal bevestigde het vermoeden dat Roel inderdaad enkele kilootjes is kwijtgeraakt en zelfs onder Gijs zijn gewicht is gekomen. Onze wandeling vervolgt zich richting het backpackersgedeelte bij het meer. Zoals het zo'n gebied betaamt stikt het hier van de GHjes, barretjes met films, reisbureautjes en hangt er een grote blowwalm boven het gebied. Aan de rand van het meer dat volledig vol gegroeid is met waterplanten en daardoor in geen velden meer op een meer lijkt maar meer op een veld, nemen wij plaats in een hangmatje onder het genot van een biertje, lekker deuntje en aangenaam gezelschap. Na een paar uurtjes babbelen met een Zweed, Canadees en Amerikaan gaan we naar Wat Pnom en gaan daarna richting boulevard. Onderweg hier naartoe verschijnt ineens een olifant temidden van het drukke verkeer. De auto's weten niet hoe snel ze moeten stoppen en geven ruim baan aan de kolos die achteloos de straat oversteekt. Eenmaal aangekomen bij de oever van de Tonle Sap alwaar deze samenkomt met de ons inmiddels overbekende Mekong, gaan we tussen de Pnom Penhers van de zonsondergang genieten. We raken al snel in gesprek met een zeer aardige man naast ons en ook een Indische man komt al snel een praatje met ons maken. Deze laatste beweert met meditatie en goed voeding HIV te kunnen overwinnen. Hij, Talat Kamal, is zelfs bereid zich te laten infecteren om dat op de Fleming-methode aan te tonen. Wij wensen hem veel sterkte toe. Ons avondeten bestaat uit de hier ontwikkelde happy pizza, maar deze is (gelukkig) vele malen minder sterk dan de Laos-versie. Nog wat kroegjes gecheckt en Pnom Penh heeft weer een ruime voldoende van ons verdient!
maandag 30-06-2003
pnom penh - bangkok
Doel van de dag wordt om in Ko Tao in Thailand te komen. Dat is een hoge inzet, want het eiland ligt in het zuiden van Thailand zo’n 1200 km van Pnom Penh. Het is dus maar de raag of we binnen 24 uur al op het felbegeerde eiland kunnen komen. Het zat ons al meteen niet mee aangezien er geen busverbindingen van Pnom Penh naar de grens zijn. We hebben dus gisteren een taxi moeten regelen en om de kosten te drukken delen we deze met twee Khmers. Nog steeds geen goedkoop tripje, maar de chauffeur weet ons wel in zijn privé-mobiel met het gas erop over de zandweggetjes te scheuren. We menen zelfs af en toe het piepen van de banden te horen en we dachten dat dat talent toch alleen was weggelegd voor de Dukes of Hazzard. De vaart wordt er af en toe uitgehaald vanwege een overvaart per veerpont per veerpont en dan kon onze coureur even op adem komen. De veerpont was eigenlijk niet meer dan een paar bij elkaar gebonden bootjes met 2 vrachtwagen-motoren erop, maar werkt perfect. Op een van de pontjes vraagt een agent of hij met ons mee mag liften en in Cambodja hebben agenten nog gezag, dus vervolgen we onze reis met z'n 4'en op de achterbank. Een beetje krap, maar we hoeven nu in ieder geval niet meer bang te zijn bekeurd te worden voor te hard rijden. Onderweg zijn we ook nog terloops (of eigenlijk terrijds) hoe een grote slang (meter of 5) en krokodil (meter of 4) worden vrijgelaten. Bij de grens (Koh Kong-Hat Lek) doneren we al onze laatste riels (Cambodjaanse munt) aan de chauffeur als een soort gevarengeld.
In Hat Lek nemen we de minibus naar Trat om vanuit daar per openbare bus naar Bangkok te gaan. In deze bus ontmoeten we een hoge pief van de American University in Pnom Penh die Roel een baan als economie-leraar aanbiedt, maar wijst dit beleefd van de hand. Achteraf toch wel een mooi baantje geweest, maar Dini zou haar zoon te veel gaan missen. Dichter bij Bangkok worden we ook weer geconfronteerd met een oud busspelletje van briefjes doorpasen. Zo krijgt Roel een briefje van een thais meisje wat haar engels wil verbeteren. We hebben daarom maar zo goed en kwaad als het ging met haar in het Engels geporbeerd te praten, maar dat viel nog niet mee. Om een uur of 9 's avonds komen we aan in Bangkok en hebben dan al de hoop laten varen dat we nog deze avond naar Ko Tao kunnen gaan. Gaan daarom Kho Sahn Road, maar weer onveilig maken. En ja hoor, wie zien we daar... Murat. Hij heeft sinds ons vertrek naar Cambodja vorige week weinig ondernomen en is helemaal blijven hangen in Bangkok. Doet er niet toe, want nu kunnen wij weer gezellig met hem op stap naar The Roof Top-bar, Immortal Bar en DDM.
Morgen op naar de eilanden!
© 2003 vieters . NL
Geen opmerkingen:
Een reactie posten